woensdag 26 september 2012

Mislukte ontsnapping


Zenuwachtig trommel ik met mijn vingers op het hout in de kuip. Aanvankelijk onbewust, maar wanneer ik het ontdek, realiseer ik me dat ik het best spannend vind. De afgelopen dagen hebben we in Aveiro doorgebracht, een dorpje ruim een half uur varen de rivier de Rio Aveiro op. Het is een schattig plekje, met gekleurde huisjes, veelal versierd met de decoratieve azulejos (wandtegels). Door de grachten glijden prachtig beschilderde houten boten, waar vroeger zeewier mee werd binnengehaald. Nu worden er voornamelijk toeristen in rondgevaren. Hoewel we het na twee dagen eigenlijk wel hebben gezien, is de wind te hard om door te varen. Verwaaid liggen we drie dagen lang aan de enige steiger in de wijde omtrek en de drang om te vertrekken wordt steeds groter. Zeker omdat we zo’n 250 mijl verwijderd zijn van het zuidelijk gelegen Faro waar we misschien 5, maar in ieder geval 8 oktober familiebezoek krijgen!
Aveiro, ton in den treure ...

Schattige huisjes. De bijnaam van deze stad is klein Venetie

Prachtige kerken, deze was ook van binnen geheel betegeld.

Wil ook wel eens op de foto ...

Is toch geweldig? Levensgroot op de muur van een kerk

Geen zinnig commentaar
 Gevaarlijk

En dan ineens biedt maandag een ontsnappingsmogelijkheid. In de weersvoorspelling die dagenlang aaneengeregen is door veel wind, vormen de voorspelde 10 tot 15 knopen (windkracht 3 tot 4) uit de westelijke hoek, een kans om mijlen te maken. In de vroegte van de ochtend maken we het schip zeilklaar. Ik sluit de luiken, draai de afsluiters van het toilet en de wastafel dicht en zorg dat er geen zware dingen door de boot kunnen vliegen of rollen. Chris haalt de hoes van het grootzeil af, installeert de automatische piloot op het roer en samen sjorren we de bijboot op het dek. Dan zetten we kanaal 14 op de marifoon aan. “Pilot Avero, pilot Aveiro. Hier de Jan van Gent, over”.  Het blijft stil aan de andere kant. Chris blikt op de klok. Het is 08.00 uur. Toch best een schappelijke tijd? Maar ook een tweede keer levert niks op.

“Jullie kunnen er morgen niet uit”, had onze luidruchtige Portugese buurman de avond voor ons vertrek gewaarschuwd. Hij is dan net teruggekeerd met zijn vijftien meter lange motorboot van zee en meldt dat de golven zo hoog zijn, dat ze breken. Op onze teleurgestelde blik antwoordt hij dat we ’s ochtendsvroeg maar de ‘pilot’ op marifoonkanaal 14 moeten oproepen, die zicht heeft op en kennis heeft van de golven. Diezelfde pilot hult zich nu in stilzwijgen. Vlak voor vertrek antwoordt de pilot dan toch. De golven zijn tweeënhalve meter hoog en we kunnen tot 12 uur vertrekken. Dan wordt de ingang van de rivier door stromingen te gevaarlijk.
Wildwaterbaan

Tweeënhalve meter hoog. Onvoorstelbaar. Door de weinige wind vandaag toont de rivier zich spiegelglad. Kleine ruïnes van huizen trekken aan ons voorbij, net als wat industrie, dat tussen de eindeloze landbouwgrond en zoutwinningsvlakten staat. We stellen de beslissing of we doorgaan of niet uit tot de havenmonding. Gespannen tuur ik naar de zee, die opspringt tussen de havenhoofden. Af en toe spuiten de golven over de betonblokken heen, maar het is nog niet genoeg ons af te schrikken. De kinderen kijken  nietsvermoedend Pieter Post op ons bed als we de zee opdraaien. Langzaam komt het schip in het ritme van de golven. We klimmen omhoog en glijden er met een flinke vaart vanaf. De zee is inderdaad onrustiger dan we dachten. De golven zitten dicht op elkaar en het lijkt meer een wildwaterbaan dan een lekker tochtje varen. Bovendien is de weinige wind pal tegen.

Teveel van het goede ...
 

Zelfs Chris vindt t wat te gortig
Bij elke golf zet ik me schrap met mijn been tegen de kajuitingang. Met mijn handen houd ik de houten kuipranden beet omver gegooid te worden. Chris klemt zich met zijn voeten tegen de houten bank tegenover hem. Dit is niet leuk. We stellen de definitieve beslissing uit, maar ook een mijl uit de kust worden de golven niet minder. We zien de DixBay http://sydixbay.blogspot.nl/, een vijftien meter lang Nederlands jacht dat met ons opvaart, en een twintig meter lange vissersboot keer op keer verdwijnen achter de golven. Dit wordt hem niet, dan maar terug. Goed zeemanschap is ook je ongelijk erkennen. En zo komt het dat wij op dezelfde dag Aveiro verlaten en aandoen.

DixBay duikt in de golven
Feestje!

Die nacht trekt de wind aan en loeit om de boot. Mijn hoop alsnog een dag later te vetrekken, laat ik varen. En nu, drie dagen later, liggen we nog steeds aan diezelfde steiger, ruim een half uur varen de rivier op. Met twee andere Nederlanders en een Zweed, die ook hun kans afwachten.

Ter ere van mijn moeders verjaardag hebben we onszelf vandaag getrakteerd op een heerlijk Portugees gebakje. Daarna hebben we een life videoverbinding met het feestvarken (over de skype) en mijn vader. Heerlijk om elkaar weer eens uitgebreid te zien en te spreken (alhoewel het een slap aftreksel blijft van elkaar eens stevig vastpakken). Als klap op de vuurpijl is de douche in het verenigingsgebouwtje een uurtje open, waardoor we ons vreselijk gesopt en geboend hebben. Geen overbodige luxe!
Morgen gaan we mogelijk nog eens proberen Aveiro definitief te verlaten, maar de tropische storm Nadine (nicht, als je dit leest: schaam je!) houdt steeds het slechte weer in stand. Als het lukt, hopen we in een keer door te varen naar Lissabon, waar ik ga graag nog een dagje wil struinen. Een afstand van zo’n 150 mijl, dus een nachtje door. Wordt vervolgd!  

vrijdag 21 september 2012

Mijlpalen: Portugal, exit luiers en werkende kortegolf!

Stemmig beeld bij Viana do Castelo voor station
 En dan ineens vaar je de Portugese grens over. We zijn in een land waar geen van ons vieren ooit is geweest. En dat is gerust weer een mijlpaal te noemen. Een land, waar je taal niet kent, maar ook de mentaliteit en de gebruiken een raadsel zijn.

Viano do Castelo blijkt een schattig stadje, gebouwd tegen een berg, getooid met een Sacre Coeur-achtige basiliek. De steegjes zijn stuk voor stuk voorzien van grote lantaarns en de paar eeuwen oude huizen zijn afwisselend grijs, wit, gekleurd of voorzien van tientallen geglazuurde tegeltjes. Op het eerste oog lijkt het alsof de tijd heeft stilgestaan. Winkeltjes vol met bakgerij,keukenspulletjes, olielampjes en gereedschap. Ongeveer alles is er te vinden. De sleutel die we hier van het motorruim laten bijmaken, wordt zelfs handmatig ingeboord, gevijld en geslepen, voor het bedrag van 1,50 euro! Portugese ouden van dagen schuifelen door de straten, met hun door de zon gelooide huiden. Vrouwen met lange rokken en mannen veelal met petjes. In sommige winkeltjes wordt handwerk bedreven, maar wanneer je beter kijkt, herbergen de soms wat verpauperde huisjes ook moderne winkels.

Bacalhau

Wie zijn die Portugezen toch? Enigszins achterdochtig kijken ze ons aan. We kunnen het niet verbergen, we zijn toeristen ten voeten uit. Baseballcaps en hoedjes op tegen de  brandende zon, fotocamera in de hand, blonde haren en sproetige snuitjes. Maar een ‘ola’ ontdooid bijna elke voorbijganger. De kinderen ontlokken wederom verschillende glimlachen en sommigen kunnen het niet laten de bolletjes even te aaien. De supermarkt puilt weer uit met artikelen die wij niet kennen. Zoals grote gedroogde zouten vissen, die open gespreid op stapels liggen. Dat is Bacalhau, vertelt onze Nederlandse buurman in  de haven. “Een echte Portugese huisvrouw moet 365 gerechten met deze vis kunnen maken”, vertelt hij. Hij reist al vijf jaar met zijn vrouw door Portugal. “We komen maar niet bij de Canarische eilanden”, laat ze zich ontvallen. “Het is hier zo heerlijk en de mensen zijn zo open en vriendelijk.” We laten ons graag verrassen.

Zindelijk

Maar Portugal is zeker niet de enige mijlpaal van de afgelopen dagen. De grootste is misschien wel dat Hidde ineens zindelijk is. Hij loopt al dagen zonder luier en heeft nauwelijks ongelukjes. Hoe het zo kwam? Ik zou het niet weten. Op een goede ochtend begonnen we de dag zonder luier en dat is zo gebleven. Zaaaaalig. Alleen ’s nachts zit er nog een om zijn billen, maar als dat alles is ….


Garnalen eten onderweg

Kortegolfradio
Een andere mijlpaal is dat onze kortegolfradio eindelijk werkt! Het apparaat waarbij je zonder internet zowel weer als e-mails (tekstberichten) kunt binnenhalen, kregen we maar niet aan de praat. Ook eindeloze hulp van oud-vertrekker Marcel van de Moonrise, die ’s avonds in zijn schuurtje vanuit Nederland het probleem probeerde te achterhalen, mocht niet baten. Idris, een mede-vertrekker van de DixBay, verhielp uiteindelijk het euvel, waar we heel blij mee zijn. Het apparaat is vooral voor langere oversteken over zee handig, omdat het je altijd de beschikking geeft over het naderende weer. 


Overdekte fruitmarkt in Leixoes

Vreemd

Twee dagen geleden voeren we onze tweede Portugese haven binnen, Leixoes, een vervallen vissersdorp omsloten door grote industrie. “Vreemd he”, zeg ik tegen Chris, terwijl we door de straten wandelen, “jarenlang lees je over mensen die met hun schip Spaanse en Portugese stadjes binnenvaren, en nu doen we dat zelf.” Van tijd tot tijd blijft het ongelooflijk, maar vooral iets heerlijks.

Tallship Stad Amsterdam vaart Leixoes binnen! Gaaf! Onder: strand van Leixoes.


Porto

Gister zijn we in het prachtige Porto geweest! Busje voor de deur van de haven en na ruim een half uur bewegen we ons door de steile straatjes. Wat een geweldige stad. Als we ooit de kans krijgen, gaan we daar SAMEN nog eens uitgebreid naar toe!


Steile straatjes in Porto. Zalige stad, maar eigenlijk niks voor de kinderen. Niet een speeltuin!
Lekker lokale gerechten bikken op een terrasje
Happy family voor brug van Eiffel
Echt prachtige al die huisjes, bekleed met tegeltjes of gekleurd
Vader en dochter in Leixoes



Zeesterren vangen met nieuwe vriend Finn van de DixBay

En weer bikken. Echt alles gaat die monden in ...

vrijdag 14 september 2012

Hoofdstuk kinderen, te land ter zee en in het water

Plonssss. We staan op de steiger te praten met een Nederlands stel dat dezelfde route als ons vaart, wanneer Lara te water gaat. Het is in een oogwenk gebeurd. Eerst scharrelt ze nog op een halve meter afstand van me op de steiger, een tel later zie ik hier vanuit mijn ooghoek onder water duiken. Gelukkig met zwemvest aan, dus nog geen seconde later is ze weer boven, met een flinke slok water in haar buik. Onmiddellijk trek ik haar aan haar vest omhoog. Ze kijkt wat verschrikt, maar geeft geen kik. Snel houd ik haar tegen me aan. “Hey, ging je zwemmen?”, zeg ik tegen haar. Het is al de tweede keer dat het gebeurd. Een paar dagen geleden roeiden we vanaf het strand naar de boot. Hidde zwemt achter het bijbootje aan en zij wil per sé even kijken. “Lara pas op”, zeg ik nog, “anders val je in het water.” Maar mevrouw doet zoals altijd waar ze zelf zin in heeft en ploep, daar duikelt ze voorover het water in.

Grootste goed

Ik doe er misschien wat luchtig over, maar dit zijn van die momenten dat je hart even stil blijft staan, ondanks dat ze drijvers aan hebben. Je grootste goed gaat te water. Dat water dat elke dag zowel onze vriend als vijand is. Maar niet alleen dat vloeibare goedje blijft opletten. In de eerste weken was ook de boot zelf nog een gevaarlijk object. Meer dan eens stort er een kind al spelend uit de punt, soms zelfs met een behoorlijke klap. Hoe pijnlijk ook, dit was een onontkoombaar onderdeel van het aftasten van en aanpassen aan onze nieuwe leefruimte. En leren met vallen en opstaan. Voor het klapdeurtje van de punt hebben we nu een touwtje gespannen, waardoor het niet meer openschiet. Voor de rest blijkt de boot aardig kinderproef.


'Duf' en 'muf' 's ochtends in de punt

De ruimtes aan boord blijven af en toe behelpen. Wilde en enthousiaste spelletjes zijn bijna een garantie voor een zoveelste blauwe plek of tand door de lip, maar diezelfde ongelukjes gebeuren ook aan wal. Zanderige paden met losse keien, heuveltje of stoepje af met het fietsje of gewoon een flinke smakker in de speeltuin. Vooral Hidde bewaart van elke plaats waar we komen wel een aandenken op zijn lijf: schrammen op zijn knie, blauwe plekken op zijn rug, wondjes aan zijn hand. Hoewel ze niet zo’n brokkenpiloot is als haar broer, verzamelt ook Lara souvenirs, maar dan in haar mond of op haar hoofd. Wanneer ze met een noodgang een hobbelige pad op- of afholt, komt er gegarandeerd een moment waarop ze stevig op haar voorhoofd knalt. Ze heeft er nu twee beurse plekken zitten. Op het consultatiebureau zouden ze vast en zeker hun twijfels hebben.

Hidde moet niet loslaten, wij wel ...
Loslaten
En toch kunnen we niet meer doen dan onze zorgen loslaten en de kinderen hun gang laten gaan. Het hoort bij het spel. Vandaag speelden we met Finn in de grote speeltuin in Canger. Het klikt prima tussen het zesjarige jongetje van de Nederlandse Dixbay en Hidde. Al gierend van de pret klimmen ze een slurf van een grote glijbaan in, om vervolgens keihard naar beneden te glijden. Lara doet even hard mee. Op haar witte Spaanse sandaaltjes klimt ze pijlsnel de metalen pijp omhoog, waarna ze uit het zicht verdwijnt. Hidde en Finn zie ik ondertussen van boven af diezelfde glijbaan induiken. “Hidde, pas op je zus”, probeer ik nog, maar ze zijn al weg. De verwachte botsing blijft uit en joelend van plezier glijden ze gedrieën naar beneden. Dit gaat zo twintig minuten door, zonder lijfelijke confrontaties. Ongelooflijk. Een turf van 1 jaar oud, een mannetje van 3 en een van 6. Gaat prima samen blijkbaar.

Lara is als een vis in het water in de speeltuin, niets is te gek. Hier springen met een Spaans jongetje.
Ook het metershoge klimrek in de vorm van een piramide is onweerstaanbaar voor Hidde. Het compleet uit touwen gemaakte geval, op het oog bedoeld voor basisschoolkindertjes, komt uiteindelijk bij een glijbaan en een touwbrug die leidt naar een volgend klimobject. Hidde laat zich echter niet afschrikken door de hoogtes. Behendig gaat hij van maas naar maas en bereikt uiteindelijk de top. Gespannen houd ik hem in gaten. Als hij nu valt, breekt hij zeker iets, schiet door mijn hoofd. Maar dat gebeurt niet. “Kijk eens mam”, roept hij, wanneer hij bovenaan is. “Knap hè?” Als een aapje klimt hij verder. Ik besluit maar niet meer te kijken. En het gaat goed. Loslaten dus.

Onderste gedeelte van klimbolwerk in de speeltuin
Irritaties
Hij is geen peuter meer, maar ook nog geen kleuter. Hidde zit er net tussenin en dat maakt het voor beide partijen soms lastig. Hij klimt het liefst zelf de boot op en af, waarbij hij zich heel bewust is van het altijd spiedende water. Dat weet ik, maar toch moet ik af en toe door blijven ademen. Moet ik vertrouwen hebben dat hij het zelf wel regelt. Er vanuit gaan dat hij stopt bij de stoeprand, dat hij niet de kade afrijdt en niet alleen de supermarkt uitwandelt. Eigenlijk vergelijkbaar met thuis dus ...

Hidde op zijn racemonster
Nu ruim anderhalve maand op pad, zijn onze zenuwen inmiddels wat gehard. Nu de stress rond ons vertrek steeds verder achter ons ligt, staat het tempo van ons leven op een zuidelijker pitje. Poco poco dus en manana manana. Dat sterkt de geest. En dat is geen overbodige luxe nu de zaaalige warmte ons soms parten speelt en kleine irritaties opwekt en de aan de lijst met technische mankementen geen einde lijkt te komen.

Maar daarover, lieve kindertjes, vertel ik jullie een volgende keer … ;)

woensdag 12 september 2012

Toch even lekker maken ... Isla Cies, een paradijs!

‘Niet te ver het water in, anders word je …’ ‘Jaaa mama’, hoor ik, voordat ik mijn zin kan afmaken. Maar het is alweer gebeurd. Broek nummer honderd-en-één is nat en zanderig, net als de bokser daaronder, de helft van het T-shirt en het vest met opgestroopte mouwen. Het is ook zo moeilijk als er overal water is om mee te spelen en zeker wanneer we zijn op zo’n eindeloos strand zijn zoals nu. Isla Cies, vlakbij Vigo. Ongelooflijk, wat een plaatje is deze baai, zo uit een folder weggelopen.

Zoiets droom je toch alleen maar? 
Het is duidelijk een plek met een ziel en die hebben lang niet alle plaatsen zo duidelijk, merken we. La Coruna was er ook zo een, een stad zinderend van leven. Eén met karakter, vooral gemaakt door de mensen erin. Trotste mannen en vrouwen, met scherpe trekken, die verzachten als je ze gedag zegt. Die oprecht vertederd kijken naar de kinderen. En die je op allerlei mogelijk manieren proberen te helpen, wanneer je ze iets in gebroken Spaans vraagt. Je ziet dat het vechters zijn, vol van levenslust en niet vies van aanpakken. Dat is de vibe die door de pittoreske straatjes van de oude stad galmt. Het gedeelte met uitgestrekte nieuwe appartementencomplexen, woningen en kantoren zijn we niet geweest, maar het kan niet anders dan dat dezelfde kracht daar voortduurt.

Dag La Coruna

Kusjes onderweg
Bij gebrek aan een douche
 Smelten
Van andere orde is Isla Ons, waar we enkele dagen geleden aankwamen. Een grote rots met zachte rondingen vlak voor de ingang van Ria Pontevredra. Direct voor een strandje laten we ons anker zakken. Ongelooflijk, strand voor de deur, wat wil je nog meer? Wanneer we met het rubberbootje naar het strand roeien, springen er harders (vissen) omhoog. Met de kinderen wandelen we het enige zandpad op, dat zich omhoog slingert tussen meterslange eucalyptusbomen, die de lucht vullen met hun significante geur. En dan volgen we het lange stoffige pad, tussen varens en verdwaalde bloemen door, naar het handjevol woningen hier op het eiland. Het is weekend en de een na de andere ferry brengt honderden Spanjaarden aan land. Maar toch vragen we ons af waarom. Het is hier best mooi, maar er zijn welgeteld vier strandjes op het eiland, en voor de rest vooral lange zandpaden met bar weinig. We hebben vast iets gemist.
Blootstrandje 's ochtends nog in mist gehuld
Een van de drie eetgelegenheden op Ons, volgens mij van een grote familie
Voor de kinderen maakt het niks uit. Lara loopt dapper de heuvels op en af, manoeuvreert zich tussen de keien op de paden door bekijkt elke steen en elke bloemetje. ‘Beestje!’, roept ze als ze iets met pootjes en of met vleugels ziet. Wanneer ze geheel tegen haar zin op vaders schouders wordt meegedragen, groet ze iedereen met ‘Ola’ alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Het is genoeg reden voor alle voorbijtrekkende Spanjaarden om even te smelten. Hidde sleept met stokken en laat de zin ‘ik ben moe’ achterwege wanneer hij zijn zus zo stoer over het eiland zit stappen.
Even bijkomen van de klim
Bloot strand
En dan zien we met eigen ogen waarom ‘ons’ strandje zo populair is. De wat alternatieve bezoekers van het eiland, veelal getooid met piercing, dreadlocks of wandelstok, trekken schaamteloos hun zwarte of veelkleurige kleding uit vlak voor onze boot. En gaan vervolgens piemelnaakt te water. Zelfs de bemanning van een boot die achter ons ankert, trekt van tijd tot tijd zijn kledij uit om ‘in volle maan’ van hun schip te duiken. Fijn, zo’n uitzicht.

Na een dag besluiten we door te varen naar Combarro. ‘Mag je niet missen’, meldt de pilot. Dus motoren we ruim twee uur lang naar het historische vissersplaatje. De armen van de Ria (grote inham de kust in) zijn heuvelachtig en overal in het landschap zijn stadjes als inktvlekken tegen de heuvels geplakt. En door het hoogteverschil hebben bijna alle huizen zeezicht! Dus voor wie nog een huisje aan zee zoekt ...

Combarro, mooi, maar snel gezien
Voldendam
En Combarro is inderdaad pittoresk. Op de grootte van ongeveer een voetbalveld slingeren kleine straatjes zich omhoog langs oude huizen. Met her en der een citroenboom of oleander en gevuld met restaurantjes en winkeltjes gevuld van prullaria, vooral heksen. Geen idee waarom, maar het geeft me een sinister gevoel. Afstandelijke mensen en busladingen met toeristen. Spaans Volendam dus. Maarrr, met twee speeltuinen! Een Zweeds echtpaar met kinderen dat we onlangs ontmoetten, formuleerden het treffend: ‘Ik had niet kunnen bevroeden dat een wereldreis draait om van speeltuin naar speeltuin te gaan.’
Op de achtergrond onze mast
Paradijs
En dan ineens lig je hier, voor een prachtig eiland, waar het ‘eigene’ ervan af straalt. Niet zozeer door de mensen, want volgens mij is het onbewoond, maar door het authentieke. Met water zo blauw, dat je erin blijft als je er te lang naar staart. Met zand zo wit, dat je erin wilt rollen totdat het plakt over je hele lichaam. Met een uitzicht dat aan de ene kant gelardeerd is door steile rotsachtige bergen, recht vooruit enkele bijna Aziatisch ogende huisjes met palmbomen en aan de andere kant een bos met hoge bomen dat lonkt om er doorheen te lopen.

 
 
Dennen, eucalyptus, laurier. Het leek wel een welness...
 






En dan kun je als kind niets anders dan over het rubberbootje heen hangen tot je mouwen nat druipen van het zilte water en door het zand heen banjeren tot het ergens achterin je luier zit. De boot is inmiddels een soort uitdragerij geworden met overal wasgoed. Bovendien is het met een zindelijk wordend kind en een turf van één jaar, die liefst alles zelf doet, geregeld een zwijnenstal. Maar ach, we hebben de tijd, we wassen en boenen wel weer ;)
 
Was bij ondergaande zon
Op naar nog meer moois!

dinsdag 4 september 2012

Drie dagen en nachten op zee. Leuk?

Dag 1, de Golf van Biskaje

Dit is hem dan, denk ik als ik de eerste nacht over de donkere golven heen kijk. We zijn koud een paar uur onderweg. Zo spreek je nog met mensen die zo’n reis al achter de rug hebben en zo vaar je er zelf. Ongelooflijk! De wolken aan de hemel schuiven open en laten een enorme maan door. Als een grote schijnwerper verlicht ze het water. Dan sluiten ze haar weer in. Ik zit alleen in de kuip. Iedereen slaapt. Er staat 20 knopen wind (windkracht 5) van achter en de golven zijn door de harde wind van afgelopen dagen niet mals. De boot deinst op het water.
Het schip maakt af en toe een flinke slagzij en draait weer terug. Binnen schuift de vuile vaat die nog in de wasbak zit bij elke rol heen en weer. Met de sissende golven, de af en toe krakende boot en klapperende lijnen is het bijna het enige geluid in de nacht. Nergens is een andere boot te zien. We zijn helemaal alleen. Van tijd tot tijd kijk ik of we nog tegenliggers hebben. Snel duik ik weer achter het raam van onze grote houten opbouw. Ik heb een lange broek aan, twee truien aan, een zeilbroek en een zeiljas. Toch blijft het fris.

's Nachts, alleen met de golven

Beloond met ochtendgloren
Onrustig

Binnen is het enorm onrustig. Hidde ligt nog in de achterkajuit, want in de punt zou hij door de golven op Lara worden gelanceerd. Hij ligt aan de lage kant van ons bed, waardoor ik mijn draai maar niet kan vinden. Uiteindelijk klem ik mijn benen tegen de zijkant van schip schuin achter hem langs en steek mijn hoofd zover mogelijk naar het andere uiteinde van het bed. Kling, kling, kling, kling. Rrrrrr. Het serviesgoed in de wasbak schuift tegen elkaar aan en ook de fluitketel glijdt heen en weer over het fornuis. Tsssjjjj, tssjjjj. Om de paar minuten wordt het schip opgepakt en rolt van wang naar wang. Wat een ramp, ik kan gewoon echt niet in slaap komen. Na drie uur draaien los ik Chris af. Hij is zittend in slaap gevallen en ziet er uit als een mummie.

Tijdens onze wachtwissel zit Chris als een mummie in de kuip
Voordat hij in zijn bed duikt, gaat hij op zijn knieen in de kuip zitten. Na het afdoen van zijn zwemvest, doet hij zijn gulp open. Ik geef hem een lege fles appelsap aan. ‘Aaaahhh’, verzucht hij. Het is een van de afspraken die we gemaakt hebben. Chris plast niet overboord, maar in een fles. De ander is dat we ´s nachts altijd aangelijnd zijn. Ik heb ooit eens gelezen dat de meeste mensen ´s nachts overboord slaan bij het plassen over de reling.   

Gelukkig worden de golven steeds minder. Tijdens mijn wacht, doe ik hazenslaapjes in de kuip. Dat is best spannend, want ik kijk 360 graden rond of er schepen zijn en als er niks is sukkel ik wat in slaap en heb dan geen zicht op wat er gebeurt.  Ineens schrik ik wakker en zie iets groots onder de reling door komen. Hoe kan dat nou? Net was er nog geen schip te zien. Mijn hart stopt en ik spring op. Het lijkt een enorm containerschip dat recht op ons afkomt. Dan zie ik dat mijn slaap me bedriegt. Het is de plank, die Chris op de voorpunt heeft vastgebonden, voor het geval we die nog ergens kunnen gebruiken. ’s Ochtendsvroeg schrik ik weer wakker. ‘Heeey, mama!’ Blakend en vol energie staat mijn kleine mannetje onderaan de kajuittrap. De dag kan beginnen en ik heb me zelden zo gebroken gevoeld.

Wakker geworden mannetje
Een duf meisje dat net uit bed is
Dag 2, leuk?
‘ Is dit het nou?’ vraagt Chris, als hij later zeeziek en wel in de kuip zit. ‘Had jij je dit voorgesteld? Ik weet niet of ik dit echt leuk vind.’ De golven zijn inmiddels gaan liggen en zon staat als een koperen ploert aan de hemel. Ik geniet eigenlijk wel, maar ik snap heel goed wat hij bedoelt. Want de boot schommelt continu en alles kost energie. Broodjes in de oven doen betekent de broodjes uit een kastje halen en daarbij zorgen dat er door de helling niets uitval en naar de oven lopen terwijl je je staande houdt. Vervolgens de oven opendoen en deze onder hellende positie aan proberen te steken. Terwijl je uitkijkt dat je zelf niet omrolt, moet je twee nieuwsgierige apen op afstand houden, broodjes erin duwen en dan snel de oven dichtdoen voordat ze er weer uitrollen. En dan hopen dat het gasvlammetje niet voor de zoveelste keer uitslaat.

Zwaar
Eerlijk is eerlijk, dagen alleen op het water met twee kleine kinderen valt gewoon niet mee. Je hebt eigenlijk al genoeg aan jezelf. Hoewel Hidde en Lara zich aardig aanpassen. De woorden ‘wacht even’ worden steeds meer in acht genomen, aangezien ze nou eenmaal niet zoals thuis alles meteen kunnen krijgen als ze iets vragen.  Ook wordt er langzamerhand steeds minder gehuild en gezeurd. Misschien toch ook de invloed van twee ouders die fulltime aanwezig zijn. Maar echt lekker spelen gaat met dit weer toch niet. Een beetje over elkaar heen buitelen met kussens en dekens, spelen met duplo en playmobile en tussendoor verven en tekenen. Maar allemaal niet te lang. Op de achtergrond spelen kinderliedjes zoals de musical Jip en Janneke, de sprookjesboom en oud Hollandje muziek die we op een usb-stick hebben gezet.

Spelen in de punt kan altijd
Spelen met dekens en kussens op de grond zijn ook een topper
Toch zijn ze aan het eind van de dag, zeker twee uur eerder dan normaal, volledig afgedraaid van het leven op een continu schommelende boot. ‘Ik ben gaar’, vat Hidde het na dag twee samen. Ze gaan gewoon wat eerder dan normaal naar bed.
 
Snoepjes, koekjes en fruit vormen een goede afwisseling

Eten zoveel mogelijk in de kuip, want binnen eten onder helling is voor niemand leuk
Dolfijnen

En net als we ons afvragen of we de Golf van Biskaje eigenlijk wel echt leuk vinden, speelt ze haar troef uit. ‘Een vin!’, roept Chris uit, wijzend naar bakboord. ‘Op twee meter afstand van de boot!’ We speuren het water af. Niks. Misschien is ie weer weg. Ik blijf toch hoopvol kijken. En dan ineens regent het dolfijnen. Ze lijken van alle kanten te komen. Pijlsnel glijden ze onder boot langs en springen in paren voor de boeg uit. Even is de zee gevuld met vinnetjes en ruggetjes. De oceaan is glashelder en we zien de lijven onder water over elkaar heen buitelen. Wat een geweldig gezicht is dit! Magisch gewoon. Moeders met hun kalveren zwemmen zij aan zij, anderen gaan in formaties van drie soms wel 5 een golf af, volledig synchroon, alsof ze er het grootste plezier in hebben. Vlug hijsen we de kinderen in hun zwemvesten en zetten ze op de punt. ‘Vissen, vissen’, kirt Lara. Ze genieten allebei met volle teugen en wij ook. Even plots als de dieren gekomen zijn, zijn ze dan ook weer weg. De zee lijkt weer leeg. Tot tweemaal toe komen er nog enkele dolfijnen naar de boot, maar niet meer zo lang en met zoveel als die eerste keer.
De eerste dolfijnen

Ineens regent het dolfijnen
Dag 3, harde wind

In de derde avond trekt de wind aan. Voordat ik naar bed ging, hebben we de booster, een enorme lap zeil die vooral tijden ruime koersen veel snelheid geeft, toch vervangen door het gewone rolfok. Vanuit het bed hoor ik de wind loeien en ik doe geen oog dicht. Hidde prevelt iets in zijn slaap over Sint en Piet op de golven en ineens schreeuwt hij het uit van angst. Ik trek hem dicht tegen me. We stuiteren steeds bijna uit bed en omdat we inmiddels over een andere boeg varen, lig ik met mijn rug tegen een slingerzeil. Twee uur later houd ik het niet meer uit. Wat is daarbuiten gaande? Ik kleed me zo en zo kwaad als het gaat in het donker aan. De lampen moeten uitblijven anders wordt Chris tijdelijk verblind en kan hij niet goed meer tegenliggers onderscheiden. Lange broek aan, trui daarover, schoenen – heel belangrijk, anders glijd je alle kanten uit – lenzen in, zeilbroek aan, extra fleecetrui erover, zeiljas en zwemvest. Als ik afgedraaid van het aankleden buiten kom, valt het eigenlijk relatief mee. Toch bouwen de golven zich steeds meer op en om middernacht schiet de windmeter naar 28 knopen, zo’n 7 beaufort.
En wat doe je dan? Het schip trekt zich fantastisch door de bergen van opstuwend water, maar 28 knopen is erg veel wind en ik weet niet hoe veel harder het nog gaat waaien. Ik maak toch Chris wakker, want ik kan nu toch niet in mijn eentje het fok kleiner maken. We dubben wat we nu moeten doen. Eigenlijk houdt het schip zich erg goed. De windvaan, die het schip stuurt,loeft zelf op bij windvlagen en in periodes zakt de wind terug naar 20 tot 21 knopen. We besluiten het toch helemaal te laten staan en met 6 tot 7 knopen stuiven we richting de Spaanse ria’s die nog verborgen zijn achter muren van water. We gaan in ieder geval wel snel!  Joehoe, daar komen we! Zet de Sangria maar koud! Pfff, wat een tocht.

Flinke golven op dag drie, Lara is gefascineerd
Land in zicht!!!!

En dan, als het licht wordt, strekt de Spaanse kust zich voor ons uit. De bergen zijn nog omhuld door nevelen, maar al wel duidelijk zichtbaar. Land in zicht, land in zicht! wil ik roepen. Maar iedereen ligt nog op één oor. Euforisch pak ik de camera en zet het moment op film. Hidde is ondertussen ontwaakt. ‘Kijk’, wijs ik hem, ‘daar ligt Spanje!’ ‘Gaan we naar Sinterklaas en Piet?’ ‘Ja nou, die wonen daar wel ja’, antwoord ik hem, ‘maar weetje, Spanje is heeel groot.’ Hij kijkt me begrijpend aan. ‘Is daar het warme water?’gaat hij verder. ‘Gaan we daar zwemmen?’ ‘Ja ik denk het wel lieverd’.

Spaanse kust en zon!!!!!
En nu drie dagen later, zwemmen we inderdaad iedere dag. Zaaaalig is het hier, eigenlijk wil ik niet meer weg. Maar de haven is met 28 euro per nacht erg duur en we hebben gister gezien dat we eigenlijk maar anderhalve maand in Spanje en Portugal kunnen blijven alvorens we naar de Canarische eilanden ‘moeten’. Om de passaatwind mee te krijgen, die je met windkracht 4 tot 5 naar de overkant van de oceaan duwt, moet je namelijk uiterlijk begin december weg van de Kaapverdische eilanden. Weer een slag te maken dus. Zo dadelijk even een serieus plan maken.

Eigen verhaal

Afgezien van de heerlijke stad, is La Coruna ook echt een mijlpaal. De schepen die hier liggen, komen overal vandaan. Engeland, België, Duitsland, Zweden, Amerika. De meesten hebben de oversteek over Biskaje hebben gemaakt. Iedereen heeft hier zijn eigen verhaal. De Duitser naast ons in zijn 22 (!) voets bootje is enkele dagen voor ons overgestoken en heeft maar liefst 50 knopen wind over zich heen gehad, oftewel windkracht 10. Verder explodeerde zijn opblaasbare watertank met ruim honderd liter water tijdens de overtocht in zijn boot en was alles door en door nat. De solozeiler heeft net een burnout gehad en is daarom alleen op reis …
Een Zweeds echtpaar met twee kinderen (4 en 8) in een Hallbergrassi 42 kwamen net iets na ons aan in La Coruna en kregen midden in de nacht op de Golf motorpech. Op een hevig deinzende boot hebben zij, na een grondige inspectie wat er nou mis kon zijn, een impellor vervangen. Naast dolfijnen zagen zij in de verte walvissen zwemmen. Ongelooflijk, die hebben wij niet gezien. Ze hebben drie jaar om de wereld rond te varen. Het is fijn even verhalen uit te wisselen. Ook zij zijn behoorlijk gestrest weg gegaan en merken dat de dagen voorbijvliegen, de reparaties aan het schip doorgaan en voelen ook dat het seizoen ze op de hielen zit. Want wat dat betreft zijn we wel de hekkensluiters. De meeste andere schepen zijn namelijk al veel verder naar het Zuiden.

Vertederd
Toch genieten we met volle teugen. Vanochtend hebben we weer geslenterd door de straten en vanmiddag ben ik met de kinderen naar een van de prachtige stranden gelopen, waar we weer hebben gezwommen. En of het nou komt door hun blonde haartjes, iedereen kijkt vertederd naar Hidde en Lara. Alles wat ze doen is een feest. En dat is voor ons weer genieten!

Terugkijkend was de Golf oversteken een bijzondere ervaring. Iedereen aan boord moest echt in een ritme komen, en na drie dagen en drie nachten was dat er zeker wel. Verder hebben we dit stuk nul motoruren op de teller, bijna alleen op het fok gevaren of met de booster, met een gemiddelde snelheid van 5 knopen. Niks te klagen dus! Maar of we een langere oversteek aan willen gaan? We gaan het wel zien. Misschien is het bij oversteken net zoals bij een bevalling. Na enkele weken ben je alles weer vergeten ;)

Moe maar voldaan op onze eerste avond in La Coruna